Vaktaal
De bouwstijl tussen de romaanse stijl en de renaissance. Vroeggothiek 1250-1300; bloeitijd 1300-1420; laatgothiek 1420-1500. Begonnen in Noord-Frankrijk. Karakteristiek is het kruisribgewelf, waarbij de gewelfdruk wordt afgeleid naar de vier hoekpunten, die zwaar gesteund worden met steunberen en luchtbogen. Tussen twee steunberen heeft het muurwerk een geringe dragende functie, zodat grote spitsboogramen geplaatst kunnen worden. In Nederland dikwijls een afgeleide gotiek, vereenvoudigd om in baksteen uitgevoerd te kunnen worden.